Nu Even Nu

Meditatie en kundalini

Meditatie en kundalini

Twee jaar geleden associeerde ik spiritualiteit met wierook, dreadlocks en vrouwen in de overgang. Ik lachte besmuikt om yoga-ende vrienden, gelovige familieleden en kerkvaste kennissen. De grenzen van zingeving trok ik langs sociale en professionele lijnen. De dood hield ik op afstand. Het leven was vaak goed en vaak ook even niet, wist ik. Weinig aan te doen. Het leven is een lege, Goddeloze klucht.

Nu lees ik een boek van een schrijfster die zegt in contact te staan met een Boeddhistische godin, en ik neem minstens de helft van wat ze zegt serieus. Na alle meditatie is mijn kundalini is ontwaakt namelijk.

Meditatie en het heilige slangenvuur

Kundalini inderdaad – ik kende het ook niet. Gewoon je ego om zeep helpen door meditatie, dacht ik, en dan met een zakje krentenbollen in het park genieten van de eendjes in het water. Het kan even eng zijn, jezelf de dood in jagen, maar als het lukt dan ben je er. Een illusie armer, één met Zijn. Vervuld met het Ene, de Bron. Verlicht.

Nu kom ik er achter dat je, voordat je in het park kunt gaan zitten, een zekere energie nodig hebt. Een spirituele superkracht die je geil, energiek, extatisch, angstig of ronduit gestoord kan maken. Oftewel, kundalini-energie. Het zit opgerold in je stuitje, zegt men, en als het ontsnapt dan is er geen weg terug. Meditatie-meester Janco muntte de term ‘kundalini’ naar aanleiding van mijn toestanden, en ik wist genoeg. Hier moest ik meer over weten.

Een speurtocht op internet stelt allesbehalve gerust: kundalini kan gevaarlijk zijn, lees je overal, en tot psychoses of grootheidswaanzin leiden. Als je er niet klaar voor bent en het gebeurt je toch, nou, pas dan maar op. Gekkenhuizen zouden vol zitten met kundalini-slachtoffers. Je hebt sowieso een kundalini-expert nodig die je begeleidt, want anders krijg je kortsluiting. Er zijn mensen die denken dat ze Jezus zijn, vanwege de kundalini, of zo opgewonden raken dat ze alles en iedereen willen bespringen.

Leuk, die meditatie.

De grote kundalini-schoonmaak

De symptomen waarmee kundalini in verband worden gebracht omschrijven mijn symptomen met grote accuratesse: angst om gek te worden of dood te gaan, overgevoeligheid, rare lichamelijke sensaties, seksuele opwinding en ga zo maar door. Een ‘amplication’ wordt het ook treffend genoemd: een versterking van alles wat er al wat in je hoofd zat, zowel goed als slecht. Ik kan het beamen. Het is een geschenk, zegt ze, al moet je wel aan het werk. De tijd is gekomen om ‘je huis op te ruimen’; je eigen donkere kant te erkennen en te te zuiveren.

Fijn om te weten wat het is, natuurlijk. Het stelt gerust. Sterker nog, ik begin me goed te voelen. Fantastisch zelfs, op een manier die ik nog niet kende. Alles lijkt lichter te worden, alsof er een onverwoestbare zonnestraal door de dikke nevel in mijn hoofd heen is gebroken. Ik voel liefde, voor mezelf en voor anderen. Mijn libido is terug. De neuroses zijn op sommige dagen helemaal weg. Ik heb geen angstige gedachten meer, lach voortdurend en krijg te horen dat ik er goed uit zie. Zonder er moeite voor te doen zie ik opeens met de grootst mogelijke helderheid het fundament van al mijn mentale crises, zie ik het funeste en leugenachtige in van mijn voortdurende zelfminachting. Alsof ik het eenzijdige simplisme van mijn verstand heb ingeruild voor een optiek die de oneindige grijsheid van het leven kan bevatten, en die met liefde kan inademen. Fijn toch wel, die kundalini.

Kundalini en het ego

Gedachten zijn er nog wel, echter. Genoeg. Ik voel me soms speciaal, gezegend maar ook uitverkoren. Ik formuleer voortdurend zinnen die een vriend van me, die een aantal vraagtekens zette bij mijn spirituele trektocht, terecht moeten wijzen. ‘Mensen zouden eens moeten weten hoe dit voelt’, denk ik ’s nachts op bed. Ik voer voortdurend gesprekken in mijn hoofd, gesprekken waarin ik de overhand heb. Ik zie je het gelukkig gebeuren, maar het is ronduit pijnlijk. Het ego voelt zich bijzonder, kennelijk. En is er lijkt nog wel wat meditatie nodig te zijn voordat het weg is.

Ook dat blijkt er bij te horen. Gelukkig maar, al moet ik me op mijn achterhoofd krabben nu ik hier meer over lees. Ik lijk veroordeeld tot een grijs gebied. Over kundalini is niet veel over bekend: de wetenschap bemoeit zich er niet mee. Ik zeil aarzelend naar onbekende wateren, en laat me geruststellen door mensen die ik vroeger nooit en te nimmer serieus had genomen.

Het moet maar. Hier lees je hoe het je met je kundalini problemen geholpen kunt worden.

 

 

Alternative Text